Kinderen van woonwagenbewoners: kinderrechten op de tocht
Het Kinderrechtencommissariaat krijgt klachten over de situatie van kinderen van woonwagenbewoners die verdreven worden omdat ze met hun caravan of woonwagen ergens staan waar dat wettelijk niet mag. Het probleem is acuut omdat veel gemeenten het jarenlange gedoogbeleid plots stopzetten. Door het actieve verdrijvingsbeleid in combinatie met een tekort aan residentiële staanplaatsen moeten meer en meer families voortdurend rondtrekken, terwijl ze liever het grootste deel van het jaar op een vaste plek staan. Het gedwongen rondtrekken en de vaak penibele levensomstandigheden brengt het recht op onderwijs, gezondheidszorg, leven in goede materiële omstandigheden en participatie van deze kinderen in gevaar.
De voorbije maanden sprak het Kinderrechtencommissariaat hierover met verschillende betrokkenen. Dit resulteerde in een Knelpuntennota.
De woonwagenbevolking omvat drie bevolkingsgroepen, samen ongeveer 1000 gezinnen: Manoesjen of Sinti (8%), Rom (22%) en 'Voyageurs' (70%), goed voor zo’n 2600 personen waaronder een 650-tal kinderen. Allen Belgische families die al sedert de 15e respectievelijk 19e eeuw in onze contreien een seminomadisch bestaan leiden.
Hoewel vanuit een ver verleden verwant met elkaar, mogen we de Belgische Rom niet verwarren met de niet-rondtrekkende Roma uit Centraal- of Oost-Europa die pas sinds de jaren ’90 naar West-Europa komen. Het gaat in deze nota evenmin over de enkele honderden niet-Belgische Voyageurs of Travellers en Rom die vanuit onze buurlanden van voor- tot najaar en vooral in de zomermaanden ons land doortrekken.
Deze knelpuntennota baseren wij op
- Klachten die binnenliepen bij de Klachtenlijn van het Kinder-rechtencommissariaat,
- Plaatsbezoeken door één van onze medewerkers,
- Overleg met het Minderhedenforum, het Kruispunt Migratie-Integratie, het Interfederaal Centrum voor gelijke kansen en bestrijding van discriminatie en racisme en de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten,
- Overleg met de deputés of hun medewerkers, verantwoordelijk voor woonwagenterreinen, uit de vijf Vlaamse provincies.
Wat zijn de knelpunten?
1. Zij kunnen nergens naartoe
- Steeds meer woonwagenbewoners verdreven
- Meest kwetsbare families meest bedreigd
- Ook andere groepen onder druk
- Kinderrechten 100 keer op de tocht
- Onderwijs
- Gezondheidszorg
- Materiële leefomstandigheden
- Participatie aan de samenleving
- Groot tekort aan residentiële woonwagenterreinen
- Vlaams beleid stroomt niet door
- Wél een Vlaams kader en middelen
- Maar de lokale instanties happen niet toe
- Bevoegdheden teveel versnipperd
2. Referentie-adressen: te weinig en te weinig erkend
- Capaciteit van referentie-adrespunten bereikt
- Sociale rol van referentieadres te weinig erkend
3. Lage onderwijsdeelname bij Rom-kinderen: een oud zeer
- Breuklijn tussen culturen
- Te weinig aangepaste ondersteuning
We vragen het beleid
- Het verdrijven zonder alternatief meteen te stoppen
- Meer capaciteit te voorzien voor referentie-adressen met dienstverlening
- Vlaamse doelstellingen lokaal afdwingbaar te maken
- Voor een gecoördineerde aanpak te zorgen
- Een geëigende onderwijsstrategie voor Rom-kinderen verder uit te werken
Bekijk de tekst
Bezorgd
De knelpuntennota bezorgden we aan de leden van de Commissie Wonen van het Vlaams Parlement en aan de bevoegde minister. Hij werd op 5 februari 2015 in de Commissie Wonen van het Vlaams Parlement besproken.